Dobermann Pinscher

De Dobermann is een krachtige, alerte waakhond, die geniet van het comfort van de huiskamer en zijn baas en zijn gezin met zijn leven verdedigt. Het is echter onwaarschijnlijk dat het hem zijn leven zal kosten, want over het algemeen is de Dobermann het sterkst en hij is dan ook een van de beste waakhonden ter wereld. Het is een gereserveerd dier, dat zijn verantwoordelijkheden serieus neemt, goed kan spoorzoeken en een prima politiehond vormt.

Formaat

Ideale schofthoogte: reu 68,5 teef 65 cm.

Lichaamsbeweging

Minstens 40 minuten per dag uitlaten, waarvan het dier 10 minuten los moet kunnen rennen.

Uiterlijke verzorging

De Dobermann Pinscher, met zijn korte vacht, behoeft weinig meer onderhoud dan dagelijks even met een handdoek flink te worden afgewreven ter verwijdering van losse haren.

Voeding

Aanbevolen wordt 500-900 gram blikvlees, aangevuld met een gelijke hoeveelheid hondenbrood; of 5 kopjes volledig hondenvoer, vermengd met 2,1/2 kopje warm of koud water.

Oorsprong en geschiedenis

Louis Dobermann was een rentmeester die circa honderd jaar geleden in Apolda, Thuringen, leefde. Hij had een voorliefde voor vurige honden en besloot het ideale ras te fokken om hem te vergezellen. Hij had een middelgrote tot grote hond in gedachten, die een korte vacht moest hebben (dus gemakkelijk te onderhouden) en uithoudingsvermogen, moed en alertheid.

De bestaande Duitse Pinscher werd als agressief en alert beschouwd en dus gebruikte Louis Dobermann dit ras als basis voor zijn stam; verder introduceerde hij de Rottweiler- een hond met een groot uithoudingsvermogen en een goed uithoudingsvermogen en een goed spoorzoeker- en, naar men aanneemt, de Manchester Terriër, die in die tijd veel grote was dan nu; zonder twijfel dankt de Dobermann zijn glanzende vacht en zwart-met-bruin aftekening aan de Manchester. Mogelijk werd de Pointer ook nog benut.

RASPUNTEN

Algemene verschijning. De Dobermann is een iets meer dan middelgrote hond, goed gebouwd, gespierd en sierlijk. Hij heeft een fiere houding, een vurig, alert temperament, een stevig, alert temperament, een stevig, pezig uiterlijk en is door zijn bouw tot hoge snelheden in staat. Zijn gang is licht en soepel. Zijn ogen verreden intelligentie en een vastberaden karakter; verder is de Dobermann trouw en gehoorzaam. Schuwheid en valsheid moeten door de keurmeesters zwaar worden bestraft.

Kleur. Toegestane kleuren zijn zwart, bruin of blauw, met roestrode aftekeningen. Deze aftekeningen moeten scherp zijn omlijnd en zich boven de ogen en op de snuit, has en voorborst, op alle benen en voeten, en onder de staart bevinden. Witte aftekeningen zijn ongewenst.

Hoofd en schedel. Afmetingen in een juiste verhouding tot het lichaam, land, goed gevuld onder de ogen en fijn gesneden. Van voren en van opzij gezien heeft het hoofd de vorm van een stompe kegel. Het bovenste gedeelte van het hoofd moet zo vlak mogelijk zijn en geen rimpels vertonen; flauwe stop. De bovenlijn van de snuit moet evenwijdig lopen aan die van de schedel. Wangen vlak en de lopen nauw aansluitend. Neus effen zwarte honden, effen donkerbruin bij bruine en effen donkergrijs bij blauwe.

Staart. Ingekort tot op de of tweede staartwervel en eruitziend als een voortzetting van de ruggengraat, zonder merkbaar te hangen.

Voeten. Voorvoeten moeten goed gebogen, gesloten en katachtig zijn, en niet naar binnen of naar buiten gedraaid staan. Alle Hubertusklauwen moeten verwijderd zijn. Lange, open voeten en zwakke eeltkussens worden bestraft. Achtervoeten goed gebogen, gesloten en katachtig, noch naar binnen, noch naar buiten gedraaid.